Nieuws

5 oktober 2022

Eerste reactie Biohuis rapport Remkes

Vanmiddag presenteerde Johan Remkes zijn eindrapport “Wat wel kan”, over de stikstofproblematiek.

Hierbij onze eerste reactie op het 60 pagina’s tellende rapport, dat we nog uitgebreider zullen bestuderen en bespreken in onze organisatie.

Remkes heeft goed naar alle betrokkenen geluisterd en dit goed integraal opgeschreven.  Dit was nodig om er uit te komen. De grote uitdaging is de verdere uitwerking en uitvoering. Remkes stelt voor dat hiertoe een landbouwakkoord wordt gesloten. Wij werken graag mee aan de totstandkoming van dit landbouwakkoord.

De genoemde opgaven (naast stikstof onder andere ook klimaat, dierenwelzijn, water, bodem en gezondheid) worden terecht gekoppeld aan de noodzaak van een concreet verdienmodel.
Als biologische sector krijgen we erkenning voor onze prestaties op dit vlak en de bijdrage die we in de toekomst kunnen gaan leveren.
Uitstekend dat Remkes schrijft dat de overheid regie moet nemen en in actie moet komen om de keten en consument in beweging te brengen. We willen dit graag met de beide ministers oppakken.

We zien dat Remkes heeft bewogen richting de boeren. Zo stelt hij voor dat bedrijven gaan werken met emissies in plaats van depositie, met een afrekenbare stoffenbalans waar de boer zelf meer aan het stuur zit. (Hiermee zijn we als biologische sector al een pilot gestart,  met het project ‘BioMonitor’ voor melkvee.) Remkes stelt tevens voor om meer te focussen op de staat van de natuur, met een minder absolute rol voor de KDW (kritische depositie waarde). Zijn voorstel om in 2025 en 2028 de exacte eindtermijn te heroverwegen, lijkt realistisch. Het is goed dat de stikstofopgave nu ook wordt neergelegd bij de gehele maatschappij en bij andere sectoren, zoals industrie, bouw en mobiliteit.

Biologisch wordt in het rapport erkend en regelmatig benoemd als mogelijk perspectief, zowel voor akker- en tuinbouw als veeteelt. Desondanks blijft met dit rapport nog steeds veel juridisch onduidelijk. Juist ook voor biologische boeren. Een houdbaar juridisch systeem, dat onze vorm van bedrijfsvoering erkent, is nodig om biologische bedrijfsvoering mogelijk te houden en te kunnen bevorderen.